Mild zijn: ruimte in je hart, vervulling in je leven
Mild zijn
Deze tijd heeft milde mensen nodig in plaats van oordelende mensen. Elk oordeel roept een nieuw oordeel op en leidt al snel tot ongenoegen. Het is bij wijze van spreken net als bij het kweken van planten. Het kost tijd de plant op te laten groeien en is zomaar uit de grond getrokken. Met andere woorden mild zijn vraagt bewustzijn, oefening en tijd. Het geeft je ruimte en vervulling er voor terug.
Rustige Geest
Mild zijn vraagt een rustige geest. Een geest zonder oordeel geeft de vrijheid meer in ons op te nemen. Het geeft ons een open hart naar onze omgeving. Geeft de gelegenheid de onvolkomenheden in onszelf en de ander te accepteren. In de kern leidt mildheid tot verbinding. We weten ons met de ander in plaats van tegenover de ander.
Verbinding
Verbinding met de ander vraagt iets van jou. Het vraagt dat je bereid bent te geven. Dit wordt zo duidelijk wanneer het gaat over vertrouwen. Je kan eindeloos wachten tot je iemand vertrouwt en er gebeurt weinig tot niets. Ik vraag ook wel eens aan mensen wat moet de ander doen opdat jij hem of haar vertrouwt. Het blijft stil. Er is geen ander antwoord dan: ik zal de ander vertrouwen ‘moeten’ schenken. Alleen dan kan er iets terug komen. Hier is het spannend. Want je weet nooit wat je terug gaat krijgen van de ander. Wanneer je geeft gebeurt wel iets anders. Je krijgt rust. Een rust die je anders nooit zou krijgen omdat je dan voortdurend druk maakt of de ander wel in beweging gaat komen.
Zo is het ook met mildheid. Wanneer je mild bent naar de ander weet je niet wat er terug gaat komen. Door jouw mildheid te schenken krijg je wel iets anders. Ruimte, de ruimte die je eigenlijk jezelf geeft door anders naar je omgeving, je geliefde of wie dan ook te kijken.
Krijger
In tegenstelling tot wat we geneigd zijn te denken vraagt mildheid de bereidheid om je hart open te houden in de pijn en dat vraagt inzicht, waarheid en moed. Het is geen gemakkelijk pad, het is een krijgerspad. Een krijger treedt de werkelijkheid onbevreesd en open tegemoet. Voor de spiegel staan en glimlachen naar jezelf is niet genoeg!
Het volgende voorbeeld maakt dit heel duidelijk:
De Dalai Lama had een ontmoeting met één van zijn monniken, vele jaren na zijn vertrek uit Tibet. De monnik had geleefd onder het regime van de Chinese machthebbers, die met geweld het Boeddhisme uit Tibet probeerden te verdrijven. Met name de monniken moesten het ontgelden. Deze monnik zei tegen de Dalai Lama: ‘Het is een paar keer gevaarlijk dicht op het randje geweest.’ De Dalai Lama vroeg hem toen: ‘Wat bedoel je hiermee, hebben ze je proberen te doden?’ De monnik antwoordde: ‘Het klopt dat ik bijna mijn leven kwijtgeraakt ben maar dat bedoel ik niet. Ik bedoel dat het niet veel gescheeld had dat ik het mededogen verloor naar de Chinese militairen. Gelukkig bleef ik helder genoeg van geest om het te behouden.’